2019
14 mei 1940
door Jana Beranova (v)
Ze verbrandden steden als grofvuil.
Hun handen hingen schuil achter helse
machines. Rouwnagels zonder rouw.
Geen graven. Alleen raven als roet.
En rook voor de zon.
Pijn verdicht tot een stille schreeuw
blijft voorgoed in ons haken.
Ik ken die schreeuw. Wie zijn
verleden niet kent,
begrijpt de toekomst niet.
Glimlachend ademt de stad.
Bij het slaande hart waar ooit een gat was,
bij deze smekende armen, zweren we nu.
De woorden zijn gloeiende
gloeiende kooltjes in ons oog:
nooit meer haat